Symforce 2008:
licht tegenvallend met uitschieters

Vorig jaar beleefde het progfestival Symforce zijn succesvolle vuurdoop. Gezien de lovende kritie- ken was er alle reden voor organisator John Bol- lenberg voor een vervolg. AFTERglow-medewer- ker Henk Vermeulen huurde een hotel, pakte de backpack in en reed afgelopen zaterdag van woonplaats Dronten naar zaal 013 te Tilburg.

Het is moeilijk om Symforce volledig te recenseren omdat er in drie zalen gelijktijdig werd gespeeld. Ik heb daarom bij enkele bands slechts gedeel- ten van hun optreden kunnen volgen.

Zo heb ik met pijn in het hart Pain of Salvation, die een werkelijk fantas- tisch concert aan het geven waren, halverwege verlaten om nostalgie te kunnen snuiven bij Alquin. Toen ik mij door het hevig zwetende publiek had gewurmd om auditief en visueel spektakel te kunnen aanschouwen, kwam ik van een kouwe kermis thuis. Ik heb het twee nummers volge- houden. Niet zozeer vanwege het visuele aspect, ik was voorbereid op de fysieke gevolgen van de tand des tijds, maar vanwege de muzikale kwali- teit. De Delftenaren vonden het nodig nieuwe composities te spelen en dat bleek geen gouden zet.
Ik ben daarom vlot weer naar Pain Of Salvation gesneld. Ik kende de band onvoldoende om hun muziek te waarderen zoals ik dat nu doe na Symforce: de band speelde heel knap; afwisselend en bij vlagen ging de muziek door merg en been. Ik was zo onder de indruk van dit festival- hoogtepunt dat ik rap laatsteling ‘Scarsick’ bij één van de kramen aan- schafte, een prachtig en gevarieerd album dat veel composities bevat die zij live speelden.

Van de overige bezochte bands beviel eigenlijk alleen Opeth, al was ik teleurgesteld omdat zij slechts vijf kwartier speelden in plaats van de aangekondigde twee uur. De heren moesten de volgende dag naar Japan en vroeg slapen ... In die te korte tijd heb ik echter voortdurend kippenvel gehad. Wat wil je als de beste nummers gespeeld worden van albums als ‘Deliverance’, ‘Blackwaterpark’ en ‘Damnation!’ Met name ‘The Drapery Falls’ was huiveringwekkend.
Mijn grootste teleurstelling was echter dat ze slechts één nummer van ‘Watershed speelden ‘Heir Apparent’, wat wel donder- en bliksemge- weld gaf. De schoonheid ervan is te vergelijken met het dubbele gevoel dat een natuurverschijnsel zoals een windhoos of orkaan oproept: afschuwelijk beangstigend maar tegelijkertijd ontzaglijk mooi .... Opeth bewees boven- dien dat keihard spelen niet gelijkstaat aan te hard spelen.

Grootste tegenvaller was Demians. Ik had veelbelovende dingen over deze band gehoord maar ik trof slechts drie matige muzikanten aan die een soort karaoke-voorstelling gaven waarin zij met zang, gitaar en drum hun op computer opgenomen geluidscollages begeleidden. Voor mij hetzelfde als playback! Bovendien klonk het allemaal bijzonder saai en weinig verras- send.

Verder nog naar de Italiaanse band The Watch gekeken, hetgeen als een soort slapstick overkwam: een gekunstelde imitatie van Genesis uit de Gabrielperiode. Vooral de zanger deed pogingen om voor de prijs "Grootste Stuntel van het Jaar" in aanmerking te komen. Dat leidt af en is jammer voor de niet onaardige muzikanten en composities. Mijn vrouw gaf tenslotte aan dat het optreden van het Noorse Magic Pie de moeite waard was.

Nog één opmerking. Tijdens de optredens werd regelmatig op vreemde en verkeerde momenten geapplaudiseerd en er werd gejoeld en meegezongen. Dat laatste is sowieso een volkomen misplaatste activiteit. Ik heb mij daar groen en geel aan geërgerd.

Al met al had ik aan het einde van de avond een dubbel gevoel over Sym- force dat op zichzelf een prima initiatief is. Dat bleek ook uit het grote aantal bezoekers: 1700! Ik genoot van Pain of Salvation en Opeth maar het overige deel van de affiche dat ik kon aanschouwen bleef onder de maat. Wellicht had ik moeten kiezen voor bands als Hypnos 69, Quantum Fantay en Textures. Maar ik kan helaas nog steeds maar op één plaats tegelijk zijn. Henk Vermeulen (08-2008)